Inleiding

Sinds juni 2002 is het zover, na ruim 20 jaar hard werken, een gezamenlijke inspanning van vrijwilligers, experts en niet te vergeten sponsors, beweegt Cruquius weer.

Op de restauratiepagina kunt ulezen dat men in 1982 aan de slag is gegaan om de grote Cruquius machine weer in beweging te stellen. Bewegen op stoom was uitgesloten omdat de stoomketels in 1935 gesloopt zijn en het bouwen van een nieuwe stoomvoorziening op te veel praktische en financiële problemen stuitte. Men heeft toen verschillende andere aandrijftechnieken bestudeerd, en uiteindelijk is besloten de aandrijving van de machine met moderne hydraulische technieken uit te voeren.

Het minerale olie hydrauliek systeem

1. De hydraulische cilinders
Twee hydraulische cilinders, een aan elke kant van de machine, gaan de Cruquius machine bewegen. Veel verschillende manieren om de hydraulische cilinders aan de oude machine te koppelen werden vergelken. De plaatsing van de cilinders moest zo onzichtbaar als mogelijk gebeuren, want ze waren immers geen onderdeel van de originele machine. Maar ze moesten tevens zo worden opgesteld dat ze enorme krachten zouden kunnen weerstaan. Het vinden van een geschikte plek was bepaald niet gemakkelijk. Tot op zekere dag Stoomploeglid Aat Cappellen van Walsum een brilliante inval had, terwijl hij rondkeek in de mahcinekamer. Hij suggereerde om ze ‘simpelweg’ tussen de geleidestangen te plaatsen. Dat bleek de perfecte plaats te zijn, en het is nu inderdaad de locatie waar de twee hydraulische cilinders staan opgesteld.

2. De constructie van de cilinder

De (blauw) hydraulische cilinder.

Links en rechts staan zware gietijzeren kolommen op het stenen machine fundament. Ze ondersteunen de balken van de vloer en van het dak. De gewichtbak wordt geleid door twee welijzeren stangen. Daaraan zijn onder- en bovenbuffers bevestigd als slagbegrenzing. De onderste buffer staat op een vloerbalk, het is een gietijzeren doos gevuld met houtblokken. De geleidestangen lopen onder deze doos verder als trekstangen naar het fundament. Zo’n hele steun- en geleidings-constructie staat aan beide kanten naast de stoomcilinder. De nieuwe hydraulische cilinders (blauw), die het gewicht moeten opdrukken, steken door deze bufferdozen heen. Ze staan op een steunblok (rood) op het fundament. De twee hydraulische zuigers moeten uiteraard precies gelijk op en neer bewegen. Om dat te bereiken worden ze gevoed via een speciale gelijkloopcilinder.

De aandrijving

Voor het aandrijven van de twee hydraulische cilinders werd een sterke elektrische oliepomp opgesteld die de benodigde oliedruk levert (ca 200 Bar). De oliedruk wordt via leidingen naar een tweede ruimte gepompt. In die tweede (verborgen) ruimte staan de elektrisch bediende kleppen die zorgen voor het op de juiste snelheid bewegen van de hydraulische zuigers in de grote machinekamer. Deze kleppen worden via een besturingscomputer (plc) aangestuurd.
Via weer andere leidingen komt de nu geregelde oliedruk aan in de eigenlijke machinekamer. De hydraulische cilinders krijgen de olie onder ca 200 Bar toegevoerd. Hierdoor hebben ze zoveel kracht dat ze het gehele overgewicht (nu ca 40 ton) redelijk snel omhoog kunnen tillen. Om te zorgen dat beide hydraulische zuigers precies gelijk bewegen is nog een zogenaamde gelijkloopcilinder toegevoegd. Als de beide zuigers niet precies gelijk gaan zou de machine scheef opgetild worden, met alle gevolgen van dien. Sensoren meten continue de stand van de zuigerstangen en geven dit door aan de computer.

De bediening

In eerste instantie zal de machine bewogen worden met twee drukknoppen. Éen voor omhoog en één voor omlaag. Later zal de besturingscomputer zo geprogrammeerd worden dat de machine beweegt zoals deze onder stoom deed. Deze beweging was nogal onregelmatig. De omhoog gerichte stoomslag begon heel snel. Halverwege deze slag nam de snelheid af en eenmaal in de bovenste stand gekomen was er even helemaal geen beweging, en daarna ging het geheel relatief langzamer weer naar beneden. Om de snelle opgaande stoomslag te simuleren, zijn een aantal extra voorzieningen nodig, die in korte tijd heel veel oliedruk kunnen leveren. Dat zijn de hydraulische accu’s, deze slaan de energie op die ontstaat in de neergaande slag waarbij 40 ton aan gewicht omlaag komt. Voor de opgaande slag geven de accu’s in korte tijd de extra energie, die de hydraulische oliepomp dan niet geheel zelf hoeft te leveren.
De ideale eindsituatie die men in gedachten heeft, is dat de machine weer zoals vroeger met de originele bedieningsorganen bestuurd kan worden. Dit kan door sensoren op de originele stoomklepbediening aan te brengen, maar is voorlopig nog toekomstmuziek.

De nieuwe technologie