Op deze pagina wordt de kleppenbesturing, het ‘kloswerk’, van de Cruquius machine getoond en uitgelegd. Te beginnen met de totaal animatie, daarin worden de verschillende onderdelen van het kloswerk beschreven. Dan volgt een eerste detail animatie waarin de bediening van de stoomklep wordt uitgelegd. Tenslotte kun je in de tweede detail animatie, met geluid, de hele stoomcyclus volgen en van dichtbij bekijken en beluisteren.

Algemene Animatie Robert J H Gisolf

Eerst de totaal animatie hierboven. Het complexe frame rechts is het ‘kloswerk’, dat is de kleppenbesturing van de Cruquius machine. Om de machine te laten werken, moeten drie Cornish dubbelzittingkleppen bediend worden: de stoomklep, de evenwichtsklep en de uitlaatklep. Boven de vloer, op de condensor, staat de uitlaatklep en onder de vloer op het machine fundament links de evenwichtsklep en rechts de stoomklep. Zo hebben we voor de bediening van de kleppen dus ook drie assen die boven elkaar in lagers aan het kloswerkframe zitten. Boven de stoomas, midden de evenwichtsas en onder de uitlaatas. Op deze assen zitten bedieningshendels die omgezet worden door de ‘klossen’ op de ‘klossenstang’. Deze klossenstangen bewegen door de grote hefboom bovenin, die gekoppeld is aan de zuigerstang van de machine. Onder de vloer zitten nog twee hulpassen, de kataraktas en de klinkas. De twee rechthoekige ‘dozen’ helemaal beneden zijn de katarakten, tijdregelaars, links voor de evenwichtsklep en rechts voor stoom- en uitlaatklep.

Eerste Detail Animatie Robert J H Gisolf

Bekijk voor verdere uitleg over het kloswerk nu de eerste detail animatie van de stoomklep. De bediening van de stoomklep (5) gaat via de stoomas (1), de bovenste as in het kloswerk. Voor het besturen van de klep zijn er drie mechanismen:
a. Voor openen: een gewicht (3). Het openen van een klep gaat ‘vanzelf’ door een gewicht dat de klep opentrekt.
b. Voor sluiten: een trekstang (4) aan de klep die bediend wordt via een haakse overbrenging (6) door een hefboom met handgreep (2). Voor het sluiten zorgt de ‘klossenstang’, dat is de met de machine op en neer bewegende stang. De messing klos (8) aan deze stang kan de handgreep (2) van de hefboom op de stoomas (1) bewegen zodat de bijbehorende klep (5) sluit (voor een beter overzicht in de animatie zijn de stangen weggelaten).
c. Voor gesloten houden: een pal, die gelicht kan worden via een korte hefboom (7). Deze blokkeerpal zorgt ervoor dat de klep door het gewicht niet direct weer opengaat als de klos de handgreep loslaat. De bediening van evenwichtsklep en uitlaatklep gebeurt op dezelfde wijze.

De machinist moet in actie komen bij het opstarten van de machine, dat gebeurt helemaal met de hand. Vanuit stilstand, als de cilinder koud is, kan de stoomcyclus niet direct gestart worden. Eerst moeten de kleppen met de hand geopend en gesloten worden. Met hete stoom wordt de cilinder langzaam op temperatuur gebracht. Dan wordt een aantal slagen met handbediening gemaakt om het condensor vacuüm op te bouwen. Pas dan kan worden overgeschakeld op automatisch bedrijf. Hiervoor worden de katarakten, dat zijn ‘timers’, ingeschakeld. Een katarakt is een tijdvertrager werkend via het principe van de automatische dranger. Aan de katarakt-plunjer zit een stang waarmee de blokkeerpallen gelicht worden zodat stoom- , uitlaat- en evenwichtsklep openen. De ‘dranger’ vertraagt het opengaan, de mate van deze vertraging is instelbaar, er is dus een regelbare pauze tussen sluiten en weer openen van de klep.

Tweede Detail Animatie Robert J H Gisolf

Ga tenslotte naar de tweede detail animatie om de kleppenbesturing nog eens helemaal in detail te bekijken. Een hele bewegingscyclus: De machine maakt steeds twee slagen, een opgaande stoomslag en een neergaande pompslag.
a. Door het rechter katarakt wordt eerst de blokkeerpalhendel van de uitlaatklep gelicht, zodat deze door het gewicht wordt geopend. Hierdoor kan de afgewerkte stoom van de vorige slag worden uitgelaten naar de condensor. Dan wordt de blokkeerpal van de stoomas vrijgegeven en trekt het gewicht aan de stoomklep de stoomtoevoer open. Stoom wordt onder de zuiger gelaten en deze beweegt omhoog.
b. De balansen bewegen de pompen nu omlaag. De klossenstang daalt eveneens, en de neergaande klos duwt ongeveer halverwege de slag de stoomklephandgreep op de stoomas naar beneden waardoor de stoomklep gesloten wordt. Op soortgelijke wijze wordt de uitlaatklep aan het einde van de stoomslag gesloten. Onder de vloer drukt een aparte klos de rechter kataraktplunjer weer in de hoogste stand via de kataraktas en de bijbehorende gaffel.
c. Als de kleppen sluiten, zorgen de terugvallende blokkeerpallen ervoor dat de kleppen niet direct weer opengetrokken kunnen worden door de gewichten.
d. De machine komt tot stilstand in de bovenste stand. De blokkeerpal van de evenwichtsklep wordt gelicht door het linker katarakt. Het gewicht trekt nu de evenwichtsklep open, waardoor de stoom van onder de zuiger zich via de evenwichtspijp naar de ruimte boven de zuiger kan verplaatsen, en de zuigerkrachten in evenwicht komen.
e. De zuiger daalt door de zwaartekracht. De balansen bewegen de pompen omhoog en deze voeren water op. Aan het eind van de pompslag sluit de evenwichtsklep en de machine komt tot stilstand in de startpositie. Een nieuwe cyclus kan beginnen.

Animatie Robert J H Gisolf

Machinist Kees Klos kijkt oplettend toe, zelfs als alles soepel loopt, zijn continu kleine aanpassingen nodig. Zo kan de stoomdruk variëren, evenals het vacuüm in de condensor. En als de smering verandert, kan de machine verder omhoog schieten dan nodig. Omdat de zuiger niet vastzit aan een ronddraaiende kruk kan hij zelfs te hoog doorschieten. Als dat gebeurt tikt de gewichtsbak tegen een koperen bel om de machinist te waarschuwen. Kees Klos moet de machine dus voortdurend in de gaten houden.

De bovenstaande uitleg van de werking van het kleppen-besturingssysteem is een bewerking van een tekst van Cornish engine specialist Jan Verbruggen. Omdat er geen geschikte gedetailleerde tekeningen waren, heeft Robert Gisolf er de 3-D animaties voor gemaakt. Onze dank aan Roel Jongepier en aan Piet van Putten voor hun hulp.